‘Het is een rol die er lag en die niemand oppakte’
In zijn boek ‘Klimaatgeneraal’ waarschuwt generaal b.d. Tom Middendorp voor de gevolgen van klimaatverandering voor Defensie. Toen hij deze boodschap in 2016 voor het eerst uitsprak, keek de wereld raar op. Waarom legde iemand uit het leger dit ‘linkse thema’ op tafel, en nog wel onze hoogste militair? Inmiddels zijn wereldleiders er mede dankzij zijn inspanningen van doordrongen dat hun krijgsmachten zich moeten aanpassen aan het veranderende weer. Wat Middendorp betreft, kan die omslag niet snel genoeg plaatsvinden. Maar: ‘Ik vrees dat het nog wel een á twee rampen kost voordat men de noodzaak echt voelt.’
Hij was nog commandant der Strijdkrachten toen de oud-legerleider in het Haagse Vredespaleis een onheilspellende boodschap propageerde. Klimaatverandering is geen probleem dat alleen de milieubeweging aangaat, maar het heeft invloed op vrijwel alle onderdelen van onze samenleving.
Hij beseft nu pas hoe groot de invloed van klimaatverandering op (het ontstaan van) conflictgebieden is, en wat dat voor ons eigen Defensieapparaat betekent. We interviewden hem in de aanloop naar Prinsjesdag 2021 en het verschijnen van zijn boek ‘Klimaatgeneraal’.
Uw boek ‘Klimaatgeneraal’ zou eigenlijk vorige week verschijnen. Was het een bewuste keus om dat een week voor Prinsjesdag te publiceren, en waarom is dat moment uitgesteld?
De planning was niet zozeer gericht op Prinsjesdag maar veel meer op COP26. Die klimaattop vindt in november plaats in Glasgow. Door het boek op dat moment uit te brengen, kan het onderwerp alvast wat beklijven onder de aanwezigen en de andere lezers. Publiceren op 14 september bleek niet haalbaar vanwege mijn werkzaamheden rondom de coronacrisis.
Zes jaar geleden sprak u in het Haagse Vredespaleis uw boodschap uit dat klimaatverandering veel aanpassingen van Defensie vereist op een korte termijn. Er klonk toen nogal wat kritiek, vooral omdat het niet gebruikelijk is dat een legerleider een ‘links thema’ zoals het klimaat aansnijdt. Wat vond u van die reacties en hoe ging u daarmee om?
Vooral de heftigheid verraste me enigszins. Dat had er ook mee te maken dat het verkiezingstijd was. Klimaatverandering was al een hot topic, en dat uitgerekend iemand uit de veiligheidshoek het belang van klimaat benoemde… dat kon natuurlijk op flink wat reacties rekenen.
Waarom verraste die heftigheid u? Klimaatverandering is niet bepaald een thema dat normaliter door iemand uit de doorgaans rechtse Defensiehoek wordt aangesneden…
Omdat deze boodschap professioneel gezien voor mij eigenlijk heel logisch is en niks met partijpolitiek te maken heeft. Ik kijk er puur vanuit een veiligheidsoptiek naar. Vanuit die optiek kan ik niet anders dan concluderen dat klimaatverandering een drijvende factor is achter rampen en conflicten, en dat ook steeds meer zal worden. Het is een aanjager van de problemen.
Omdat deze boodschap professioneel gezien voor mij eigenlijk heel logisch is en niks met partijpolitiek te maken heeft. Ik kijk er puur vanuit een veiligheidsoptiek naar. Vanuit die optiek kan ik niet anders dan concluderen dat klimaatverandering een drijvende factor is achter rampen en conflicten, en dat ook steeds meer zal worden. Het is een aanjager van de problemen.
Hoe meer ik in het onderwerp rol en duik, hoe meer ik erachter kom dat de invloed van klimaat op de veiligheidsrisico’s om ons heen, groter is dan gedacht. Zelf was ik ook ziende blind, dat beschrijf ik ook in mijn boek. Tijdens alle missies heb ik ervaren wat de invloed is van klimaat is. Daar word je als militair namelijk mee opgevoed. Bij iedere analyse die je maakt, kijk je eerst naar het weer en het terrein.
Je kijkt naar de omgeving en besluit op basis daarvan wat je wel en niet kan doen. Die klimatologische en omgevingsomstandigheden zijn een factor waar we rekening mee houden in de planning van onze operaties, maar de relatie tussen conflictgebieden en klimaatverandering legde ik op dat moment niet.
Kunt u een voorbeeld benoemen van de invloed van het klimaat tijdens één van de uitzendingen die u meemaakte?
In Afghanistan liep ik er bijvoorbeeld tegenaan dat helikopters in de zomer minder hefvermogen hadden door de hoge temperaturen. We hebben ook ervaren dat er in de dorpen grote spanningen konden ontstaan door watertekorten. Die spanningen waren een voedingsbodem voor de taliban. In Irak gebruikte IS de verdeling van schaars drinkwater als een machtsmiddel over de bevolking.
En in de Sahelregio drijft de toenemende droogte de inwoners weg uit hun traditionele woonstreken, en in de handen van extremisten en georganiseerde criminaliteit. Steeds meer zijn we ervan doordrongen dat we echt breder moeten kijken naar veiligheid, dan alleen maar naar de vijand. Er zijn ook andere bronnen van onveiligheid.
U bent één van de oprichters van de IMCCS. Wat is dat en waarom besloot u om dat op te richten?
Nadat ik stopte als CDS, bleef ik verbonden aan onder andere de denktanks Clingendael en HCSS, die samen met nog twee denktanks uit Parijs en Washington een volgende Planetary Security Conference organiseerden. In 2019 richtten deze vier onderzoeksinstituten de IMCCS (International Military Council on Climate and Security) met mij als voorzitter en een voormalig Assistant Undersecretary of Defense uit de VS als secretaris-generaal.
De leden van de IMCCS zijn generaals, admiraals en hoge civiele veiligheidsdeskundigen die zich op persoonlijke titel inzetten voor dit thema en zich in dit netwerk verenigen. We hebben leden uit 40 verschillende landen uit alle continenten van de wereld. Een snel groeiend en krachtig netwerk dus. Werken aan bewustzijn is momenteel ons voornaamste doel. Er verandert namelijk niks als mensen de noodzaak van iets niet zien en voelen. Maar ondertussen denken we ook mee met de beleidsmakers over wat de rol van de veiligheidssector kan zijn rond klimaatverandering.
In een eerder interview zei u dat u groene technologieën als een kans ziet. Een kans waarmee het leger zich kan bewijzen als voorbeeld hoe we kunnen verzelfstandigen en vergroenen. Als voorbeeld noemde u de werkzaamheden die in een ‘living lab’ van de Koninklijke Landmacht worden uitgevoerd. Wat is dat?
De Landmacht bouwt momenteel een oud mobilisatiecomplex om tot experimenteer-omgeving. Op een deel van dat terrein zijn de bunkers weggehaald en wordt er een soort militair dorp gebouwd. Eigenlijk een compound, zoals het leger dat in missiegebieden ook doet.
Het doel daarvan is om een testomgeving te creëren waarin Defensie, technologiebedrijven, universiteiten en onderzoeksinstituten nieuwe innovaties uitproberen. Alle inspanningen zijn erop gericht om een militaire basis te bouwen die zichzelf zo veel mogelijk kan bedruipen qua energie, water, reservedelen en misschien zelfs voedselvoorziening.
Daarmee verminderen we niet alleen de CO2-uitstoot, maar ook de benodigde logistieke ondersteuning die nu vaak de grootste kostenfactor is van missies en ook een grote risicofactor vormt. Eenheden kunnen daardoor onafhankelijker opereren en operationele zelfstandigheid vergroten. Veel van die technologieën zijn ook civiel bruikbaar in onze dorpen en steden. Dat maakt het voor het bedrijfsleven ook heel aantrekkelijk om in te stappen.
Kunt u een concreet voorbeeld geven van zo’n nieuwe technologie, en de manier waarop we deze als leger kunnen inzetten?
Tijdens de Future Force Conference in 2017 werd ik benaderd door Ap Verheggen van het bedrijf SunGlacier technologies. Hij vertelde over zijn uitvinding, waarmee hij drinkbaar water uit woestijnlucht zou kunnen halen. In ons kamp in Mali hebben ze vervolgens ongeveer een week lang getest.
Ze hadden een apparaatje bij zich dat zo groot was als een klein koelkastje met één zonnepaneel erop. Alles gemaakt van goedkope onderdelen. Daarmee slaagden ze erin om op één dag een glas drinkbaar water uit de lucht te halen.
Defensie is hem blijven steunen en hij is zijn uitvinding daarna verder gaan ontwikkelen. Onlangs heeft Ap in de living lab-omgeving een apparaat opgeleverd dat 30 á 40 liter water per dag uit de lucht kan halen… Moet je je voorstellen wat één zo'n innovatie door één man voor een verschil in de wereld kan maken!
En wat is dat verschil dan precies, volgens u?
Als je ieder huishouden in de Sahelregio van zo'n apparaatje voorziet, dan heeft ieder elke inwoner een gegarandeerde watervoorziening. Mensen hoeven dan niet te emigreren vanwege de toenemende droogte, en ze kunnen gewoon blijven wonen waar ze wonen. Dat soort innovaties kan dus enorm helpen om de gevolgen van de klimaatproblematiek het hoofd te bieden.
U noemde eerder de vergroening en de energietransitie een kans voor Defensie. Waarom liggen daar juist voor het leger kansen en aan wat voor kansen moeten we dan denken?
Om ons in het buitenland in stand te houden, vervoeren we nu over duizenden kilometers brandstof, eten, reservedelen, tenten en noem maar op. Die konvooien vormen onze achilleshiel en moeten apart beveiligd worden tegen aanslagen. Als we op compounds groene technologieën gaan gebruiken, worden deze meer zelfvoorzienend en kunnen we die logistieke inspanning aanzienlijk verminderen.
Daarmee verkleinen we onze ecologische en logistieke voetafdruk. Wat zal veranderen dankzij technologieën zoals die van Ap: Nu voeren we miljoenen flessen water aan met een hoop plastic afval tot gevolg. Ook boren we nu waterputten die grondwater wegtrekken uit de omgeving van de lokale bevolking. Dat is dan niet meer nodig.
Biedt deze transitie nog meer voordelen voor onze strijdmacht, naast het beperken van onze invloed op het milieu?
Allereerst zorgt de zelfvoorzienendheid ervoor dat we niet meer afhankelijk zijn van andere partijen. Om bij het voorbeeld van energie te blijven: als je als leger in het buitenland je energie zelf kan genereren, dan hoef je geen brandstof meer aan te voeren voor de generatorparken die daar nu dag en nacht draaien.
Daarnaast levert het een enorme kostenbesparing op. Logistiek is het duurste onderdeel van elke missie, en die kosten kun je dus aanzienlijk verminderen door de inzet van deze technologieën. We hoeven immers energie niet meer te kopen van anderen, en de kosten voor het vervoer van brandstof komen ook grotendeels te vervallen.
Tot slot krijgen eenheden veel meer vermogen om langdurig te kunnen opereren, naarmate ze eigen energie meer kunnen genereren. Militairen kunnen dan veel langer op patrouilles, en schepen kunnen langer varen. De operationele effectiviteit wordt er dus ook mee vergroot.
Denkt u dat onze militairen en de beleidsmakers binnen Defensie voldoende van deze voordelen op de hoogte zijn?
De energietransitie wordt nu vooral gezien als een soort verplichting die extra kosten met zich meebrengt. En die kosten gaan allemaal van de beperkte tijd en budgetten af, en daarmee van onze operationele effectiviteit. Zo denken de meeste militairen en Defensie in bredere zin erover, maar dat ligt dus veel genuanceerder.
Je moet de mogelijkheden alleen wel op een slimme manier omarmen, en dat gebeurt in feite in zo'n living lab. Daarbij gaan de kosten voor de baat. De regering zal Defensie dus wel moeten helpen om die investeringen te kunnen doen.
Eerder haalde u de Sahelregio al aan in uw voorbeeld over drinkwater. Diezelfde regio noemde u eerder ‘de kanarie in de kolenmijn’ op het gebied van onveiligheid door klimaatverandering. Wat bedoelde u daarmee?
Onze Defensiemissies van de afgelopen 15 jaar, vonden en vinden vooral plaats in de ring van instabiliteit rond Europa. Denk daarbij aan Noord-Afrika, het Midden-Oosten en Zuidoost-Azië. Als je ziet in hoeverre het klimaat nu al een negatieve factor is in die gebieden, en je je realiseert dat dat voorlopig alleen maar zal verslechteren… Dan kun je alleen maar meer conflicten verwachten in die regio's.
De onveiligheid gaat dus als gevolg van klimaatverandering verder toenemen en de Sahel loopt daarin voorop. De regio laat zien wat we ook op andere plaatsen in de wereld kunnen verwachten.
Op welke manier speelt of speelde het klimaat en klimaatverandering een rol bij de conflicten in deze regio’s?
Het conflict in Syrië is volgens sommigen voor een belangrijk deel veroorzaakt door klimaatverandering. Dit uiteraard in combinatie met andere factoren zoals een verkeerd landbouwbeleid. Katoen verbouwen kost bijvoorbeeld heel veel water dat door de toenemende droogte steeds schaarser wordt. Het gevolg is dat het grondwaterpeil daalt en dat de landbouwgronden uitdrogen. Op een gegeven moment kunnen de boeren daar niets meer produceren, dus die trekken naar de steden. Daar kunnen ze vaak geen werk vinden, waardoor er onrust ontstaat. Dat is een trend die in al die landen te zien is.
Een ander voorbeeld is Somalië. De piraten die wij bevochten, waren vroeger visser of boer. Door de oprukkende droogte en overbevissing, konden ze hun gezin niet meer onderhouden op de manier waarop hun voorouders dat duizenden jaren lang wel konden, dus wat doe je dan?
Klimaatverandering ontneemt de lokale bevolking de mogelijkheid om hun boterham te verdienen en maakt het steeds moeilijker te overleven. Dat leidt tot onvrede en wanhoop, zeker als de overheid daar niets aan kan doen. De stap naar het gemakkelijke geld van extremistische organisaties of criminele bendes is voor velen dan snel gezet.
De toenemende droogte, maar ook de overstromingen en de bodemerosie, maken woongebieden onleefbaar en drijven de mensen weg naar andere gebieden die al bezet zijn of naar de steden waar geen werk is. De veranderende weerpatronen leiden daarmee tot meer frictie en onveiligheid.
En in hoeverre worden wij geraakt door die interne conflicten?
Dat raakt ons allemaal. Alleen al omdat de fragiele staten aan de grenzen van Europa verder destabiliseren en er meer conflicten kunnen ontstaan. Maar ook omdat de groeiende frustratie en wanhoop onder de bevolking een voedingsbodem is voor extremisme en voor de georganiseerde criminaliteit, waarvan wij de gevolgen direct terugzien in onze straten.
Wat zijn volgens u de grootste uitdagingen binnen ons Koninkrijk, waardoor aanpassingen van het leger noodzakelijk zijn?
Naast de eerdergenoemde verduurzaming, zal Defensie zich ook moeten aanpassen aan het snel veranderende veiligheidsbeeld. De geopolitieke verhoudingen veranderen door klimaatverandering. Dat zien we al gebeuren in het arctisch gebied waar een nieuwe wedloop om grondstoffen ontstaat. Daarnaast zal de krijgsmacht meer worden ingezet bij natuurrampen, zoals we in Sint Maarten hebben ervaren.
Ook zullen we onze derde hoofdtaak, de ondersteuning van civiele autoriteiten, moeten herijken op nieuwe rampenscenario’s zoals de verdere stijging van de zeespiegel. En tot slot zal de krijgsmacht klimaatverandering in haar dreigingsanalyses moeten meenemen als een potentiele bron of aanjager van conflicten. Daarbij kan Defensie ook preventief worden ingezet om te helpen de weerbaarheid van fragiele staten om ons heen te vergroten tegen de gevolgen van klimaatverandering.
Heeft u het gevoel dat de noodzaak om nu al maatregelen te nemen in verband met klimaatproblematiek, voldoende doorgedrongen is tot in de Haagse politiek?
Eigenlijk niet. Men huivert er een beetje tegenaan. Het goede nieuws is dat er na 40 jaar bezuinigen, nog in mijn tijd, een voorzichtige kentering in gang is gezet. Plotseling werd er toch weer wat geïnvesteerd in onze strijdmacht. Maar dat is nog veel te weinig en we zitten in Europa nog bij de slechtste jongetjes in de klas als het gaat om het Defensiebudget. Daar moet echt iets aan veranderen, want we hebben nog steeds grote tekortkomingen op Defensie.
Het is dus zaak die kentering verder door te trekken, maar ook toekomstgericht in te vullen. Als je je realiseert dat klimaatverandering waarschijnlijk de grootste uitdaging van deze eeuw is, ook op veiligheidsgebied, dan zal Defensie dit veel meer centraal moeten stellen in het Defensiebeleid en in de ontwikkeling van haar toekomstige capaciteiten. Wij moeten onze krijgsmacht klimaat-proof maken om die uitdagingen het hoofd te kunnen bieden.
Wat zijn de grootste kostenposten voor Defensie in de komende jaren, denkt u?
Als onze strijdmacht bepaalde klimaatdoelen moet halen en daarom moet verduurzamen, dan zijn daar miljardeninvesteringen voor nodig. Je kunt moeilijk aan Defensie vragen om dat van haar eigen begroting te betalen. Dat gaat niet, tenzij je het leger een paar jaar platlegt en alle mensen tijdelijk ontslaat.
De politiek zal daar dus besluiten over moeten nemen om te bepalen hoe we dit met zijn allen gaan betalen. Het goede nieuws is dat die investeringen zich voor een deel ook weer terug kunnen betalen, zoals ik met de eerdere voorbeelden aangaf.
Verwijt u de Haagse politiek iets, terugkijkend op de afgelopen 20 jaar?
Dat we voor een dubbeltje op de eerste rang zitten. Andere landen zijn niet gek, en ze zien dat Nederland relatief weinig investeert. Binnen de NAVO hebben we afgesproken 2% van ons bruto nationaal product aan Defensie te besteden.
Nederland zit daar ver onder en zit ook onder het Europese gemiddelde. Die investeringen moeten we vooral richten op toekomstige uitdagingen en niet op het repareren van de problemen van gisteren.
Wat betekent dat concreet voor onze boots on the ground?
Allereerst moet de uitrusting en het materieel van militairen worden aangepast om in alle soorten weersomstandigheden te kunnen opereren. Ook moet klimaatverandering meer onderdeel worden van onze voorspellingen en onze dreigingsanalyses, die de basis vormen voor de planning en opzet van onze missies.
We hebben in Afghanistan geleerd hoe belangrijk het is om de lokale problematiek en spanningen te begrijpen. Hoe beter je die kunt doorgronden, hoe effectiever je kunt zijn in je aanpak. Daarbij gaan veiligheids- en ontwikkelingsinspanningen hand in hand. Wij kunnen nog zoveel veiligheid brengen, maar die veiligheid verdampt weer net zo snel als er niet ook aan een beter perspectief voor de lokale bevolking wordt gewerkt.
Waren er tijdens uw uitzendingen bepaalde zaken die u anders zou hebben aangepakt met de kennis die u nu heeft?
Het is veel meer tot me doorgedrongen wat het belang is van het begrijpen van de oorzaken van spanningen in conflictgebieden. Dat heb ik vooral in Afghanistan geleerd. Traditioneel is Defensie een vijandgerichte organisatie, in Afghanistan leerden we meer bevolkingsgericht te opereren om zo ook meer zicht te krijgen op de onderliggende problematiek. Dat stelt enorme eisen aan onze inlichtingenvoorziening.
Sowieso moet je een veel breder beeld opbouwen dat verdergaat dan het vijandbeeld, en daarbij moet je de stap zetten van situational awareness naar situational understanding. Als je met al je high-tech sensoren waarneemt wat er aan de oppervlakte gebeurt, dan loop je het risico van symptoombestrijding en van verkeerde interpretaties.
Het gaat er in de tegenwoordige hybride omgevingen veel meer om dat je begrijpt waaróm het gebeurt, wat de onderliggende drijfveren zijn en wat de dynamiek is. Dat stelt je in staat de vinger op de zere plek te leggen en niet alleen pleisters te plakken, maar ook de wond te genezen.
De grote les die we in de afgelopen 20 jaar hebben geleerd, is dat we veel beter moeten begrijpen waarom iets gebeurt en wat de onderlinge verhoudingen zijn binnen een conflictgebied. Ook binnen de bevolking. Welke leider hoort bij welke stam? Welk familielid heeft affiliaties met welke stamleider? Hoe beter je dat begrijpt en die afhankelijkheden kent, des te effectiever kun je je op je inspanningen focussen.
Dat we die zaken anders zouden gaan aanpakken nadat dat inzicht tot ons doordrong, lieten we onder andere in Mali zien. De VN werkte voorheen nooit met een inlichtingenketen, en dat is precies wat wij daar als eerste hebben opgezet. Daarmee stelden we de VN in staat om meer informatie-gestuurd op te treden.
Heeft u er vertrouwen in dat onze militairen snel van die les doordrongen zullen zijn, mede dankzij uw inspanningen?
Zeker. Wat mij opviel toen het hele klimaatthema ging spelen, was dat ik eigenlijk geen enkele militair hoefde te overtuigen van mijn boodschap. De ophef rondom mijn waarschuwende woorden in 2006, lag vooral buiten Defensie. In de media en in de politiek, daar kwam mijn boodschap als een verrassing.
De meeste militairen snappen de logica dat klimaatverandering een aanjagend effect heeft op conflicten, en dat je dus ook de onderliggende factoren zal moeten doorgronden. Onze veteranen hebben dat vaak aan den lijve ondervonden. Het is nu wel zaak om dit door te vertalen in het defensiebeleid.
Het boek ‘Klimaatgeneraal van generaal b.d. Tom Middendorp verschijnt naar verwachting eind 2021 bij Podium Uitgeverij en is nu al te reserveren. De foto’s van Ap Verheggen en de twee Dropplers© zijn afkomstig van SunGlacier technologies, waarvoor onze hartelijke dank.
Meer artikelen lezen zoals dit, en direct bijgepraat worden over defensie-nieuws en -evenementen bij jou in de buurt? Via de gratis Unit Victor-app ben je als eerst op de hoogte. Exclusief voor veteranen, veilig en vertrouwd. Download hem nu!